‘Pfff, ik heb echt geen zin meer vandaag.’
Ik kon me er iets bij voorstellen. Hij werkt bij de catering bij mij op kantoor. Dat betekent broodjes verkopen, koffie-automaten bijvullen en vergaderzalen uitruimen.
‘Hoe lang moet je nog?’ vroeg ik, in de hoop dat het antwoord mee zou vallen en ik hem gerust kon stellen.
‘Nog tot negen uur. Ik moet biertjes tappen bij een borrel.’
Het was nu vier uur. Ik kon hem helaas niet het goede nieuws meedelen, dat hij zelf ook wel had geweten. Ik kon hem slechts sterkte wensen voor de komende vijf uur.
Reacties