Terwijl ik dit tik, doen mijn armen pijn, mijn buikspieren, mijn benen en mijn rug.
De trainer was Raymond Joval, oud-IBO Middleweight World Champion. Hij is een poos in de Verenigde Staten geweest, om te boksen, maar nu is hij weer terug in Nederland. Hij geeft echt heel goed les (onder andere bij Sportcentrum Kops), er wordt sowieso goed les gegeven bij Kops.
Omdat ik al een jaar niet meer geweest was, dacht ik een paar keer dat ik dood ging, zo zwaar was het. Je begint met een half uur touwtje springen. Snel (je mag geen twee keer springen, zoals op de basisschool) en ondertussen moet je allerlei oefeningen doen, zoals tien keer je knieën naar je borst, in looppas (wel op je plaats blijven staan) en kruislings springen. Een leuke is ook om hoog te springen en je touwtje in de tussentijd twee keer rond te draaien, en dat tien keer achter elkaar.
Na dat halve uur touwtje springen begint de warming up (!). Een beetje stoten, rennen, de armen en benen losgooien. Daarna gaan de handschoenen aan en begint het echte werk. Je zoekt iemand uit die ongeveer even goed is en gaat stoten oefenen. Jab, rechtse, uppercut, hoek en ondertussen op je voetenwerk letten. Goed draaien, je gewicht erin maar niet vergeten te verdedigen. Je moet snel zijn, want voor je het weet ben je nog aan het slaan, en heb je ondertussen een klap tegen je hoofd te pakken.
Dat is alleen maar stoten oefenen. Zwaar genoeg. Maar dan komt het hoogtepunt: nadat je een uur lang alles hebt gegeven, je drijft van het zweet en je haren tegen je hoofd plakken, moet je nog gaan sparren. Rondes van twee minuten, vijf seconden wisselpauze en dan tegen een ander. Zo kom je dus af en toe tegenover iemand te staan die net zo moe is als jij, dat zijn matte potjes. Maar af en toe tref je iemand met een dijk van een conditie, die vast van plan is jou hard op je hoofd, in je lever en in je nieren te stoten. Omdat je hoofd hem niet aanstaat. Dan kun je niet even uitblazen, dan moet je er weer tegenaan.
Als cooling down worden de buikspieren getraind, honderd keer opzitten, honderd keer links, honderd keer rechts. Buikspieren zijn natuurlijk cruciaal voor een bokser, je krijgt daar nogal eens een klap en dan is het fijn als je daar een matje hebt om het tegen te houden. En dan, na één uur en drie kwartier totale afpeigering ga je rekken en strekken. Beetje zitten, links rechts strekken, staan, naar het plafond strekken, heel fijn. Dan is het afgelopen en om je waardering te laten blijken, applaudiseer je. Ik denk dat ik nu pijn heb, maar ik ben bang dat het morgen nog wel wat erger is…
Hahaha…leuk verslag!