‘Waarom doe je zo?’
Het kind ging nog harder huilen.
‘Zeg! Waarom doe je zo?’
Het kind had geen zin om te antwoorden.
‘Hé! Waarom doe je zo?’
De moeder begon nu aan het armpje van het kind te trekken. Het kind had nog steeds geen zin om antwoord te geven. Het huilen werd wel minder.
‘Wat ben je toch een onmogelijk kind,’ zei de moeder.
En ik dacht er het mijne van.
Reacties